Menigeen die net z’n laatste spaarcent in een nieuwe camera heeft geïnvesteerd, bemerkt tot z’n schrik dat-ie plotseling ook toe is aan een nieuwe computer. Dit komt doordat je nieuwe aanwinst veel meer van de hardware en software vergt. 
Soms is het domweg een compatibiliteitsprobleem, waardoor je nieuwe camera niet meteen wordt herkend. Maar zoiets valt meestal wel linksom of rechtsom op te lossen.
Ernstiger is dat de extra megapixels een zware belasting voor het systeem vormen. Stel dat je van een camera met 8 megapixels naar eentje met 16 upgradet. Niet alleen zijn de beeldbestanden dan tweemaal zo groot, waardoor elke foto twee keer zoveel schijfruimte in beslag neemt. Ook het werkgeheugen en de processor zitten sneller aan hun taks. Elk fotobestand heeft namelijk een bepaalde basisgrootte: in de regel het aantal megapixels maal drie (voor de drie basiskleuren rood, groen en blauw). Een foto van 8 megapixels neemt dus bij bewerking plusminus 24 megabyte in beslag, en 
eentje van 16 megapixels het dubbele. Op een ouwe bak met een halve gigabyte werkgeheugen zit dat geheugen dus met tien foto’s alleen al bijna tjokvol… en dan is er ook nog geheugen nodig voor het besturingssysteem en de fotobewerkingssoftware. Niet verbaasd zijn dus indien je computer crasht zodra je meer dan vier à vijf foto’s tegelijk opent.
Met video, met name in HD, wordt dit probleem nog veel groter. Nog daargelaten dat de nieuwste versies van programma’s zoals Photoshop en Premiere Elements vaak sowieso niet eens draaien op oudere computers. Wél iets om rekening mee te houden voordat je al jouw vakantiegeld in een nieuwe camera steekt!
Lees ook:Tip van de week: opslag
Lees ook:Tip van de week: de zin van 50 megapixels
Lees ook:Tip van de week: bestandsformaten
Lees ook:(On)misbare vakantieaccessoires: de zonnekap
Lees ook:Tip van de week: megapixels, wat moet je ermee?