Lichtbron in stervorm dankzij hoog f/ getal. Canon 7D met Zeiss Distagon T* 2/28 ZE
Het is vaak zo’n leuk gezicht: een lichtbron die de vorm van een sterretje aanneemt. Een lamp, een koplamp, of de zon zelve natuurlijk. Vooral ook bij interieuropnamen doet dit het goed. Maar dan niet alleen!
Het is niet zo moeilijk. Kies een hoog diafragma, vanaf f/11. Compactcamera’s kunnen dat niet, die kiezen hùn hoogste waarde (meestal f/8).
Vervolgens wordt het zaak zorgvuldig licht te meten. Liefst met de verstorende bron – minstens gedeeltelijk – buiten beeld. De dan gevonden belichtingswaarde (tijd + diafragma) zetten we vast (zie gebruiksaanwijzing van je camera: meestal AE-L of * onder rechterduim, of ontspanknop half indrukken), we keren terug naar de gewenste uitsnede en knip. Plussen (belichtingscorrectie) is een tweede mogelijkheid om onderbelichting te voorkomen.
Let op: door het hoge diafragmagetal kan de sluitertijd onaanvaardbaar lang worden. Twee oplossingen: statief gebruiken of ISO-waarde hoger zetten. De tweede mogelijkheid zou ik bij compactcamera’s liever niet toepassen (m.u.v. bijvoorbeeld de Canon G11, die tot ISO400 aanvaardbaar ‘schoon’ blijft).
Plaats de lichtbron niet in het midden: daar hebben we liever geen aandachttrekkend onderwerp. De eenderde regel geldt ook hier.
Lees ook:Fotografische vragen en antwoorden – 5
Lees ook:Scherptediepte: helemaal niet moeilijk
Lees ook:Reportagefoto 14: zie sterretjes!
Lees ook:Tip van de week: handmatig belichten
Lees ook:Tip van de week: freeze!